Vet vier Le Creuset mini-stoofpannen van 10 cm in en bekleed ze met bakpapier.

Meng de boter, suiker, vanillezaadjes en sinaasappelzeste door elkaar tot een romig mengsel. Verwarm de melk. Niet laten koken of aanbranden, dan wordt de melk te warm en daar kan de gist niet tegen. Voeg 1 eetlepel suiker en de gist toe en zet apart zodat de gist zijn werk kan gaan doen. Verwarm de brandy in een steelpannetje en voeg de veenbessen en het vanillestokje eraan toe. Zet apart om alle smaken er goed in te laten trekken.

Wacht tot de boter en suiker een mooie witte kleur hebben en voeg dan de bloem, een snufje zout en het gistmengsel toe. Kneed het deeg tot een zacht en elastisch geheel. Gebruik hier bij voorkeur een elektrische mixer met deeghaken voor. Dek het deeg af en zet het op een warme plek om te rijzen tot het in volume is verdubbeld. Voeg de veenbessen, brandy, chocolade en de gesuikerde schillen aan het deeg toe. Kneed het deeg weer met de deeghaken tot het fruit en de chocolade goed gemengd zijn met het deeg. Verdeel het deeg in balletjes van ongeveer 290 g elk. Leg elk deegballetje in een met bakpapier beklede mini-stoofpan en dek af met huishoudfolie. Zet op een warme plek om nog eens 50 minuten te laten rijzen.

Verwarm de oven voor op 160°C. Laat het deeg rijzen tot het in volume is verdubbeld. Maak dan de topping door alle ingrediënten door elkaar te mengen. Bestrijk de bovenkant van elke panettone met de topping. Zet in de oven en bak 30 tot 40 minuten.

Serveer warm met bloemsuiker of bak ze de volgende dag met een beetje boter op in een pan.